We zijn inmiddels een week na onze halfway party. Sindsdien is M de toegang tot FP ontzegd en gelukkig weer veilig thuis. Moesten wij de boot achterlaten en het land uit, om vervolgens weer te mogen blijven. Mits we 2 weken in quarantaine gingen. Daarna werd gesteld dat het hele land in quarantaine ging om vervolgens te horen dat er geen plaats meer voor ons is in Nuku Hiva op de Marquesas. Nu is de regel dat je mag stoppen voor proviand om daarna FP te verlaten. Indien je wilt blijven moet je een speciale aanvraag doen waarin je de urgentie van een verblijf toelicht. Dit verzoek hebben we gestuurd naar 4 instanties, waarvan 2 een foutmelding geven dat de mailbox vol is. Geen enkele maatregel sinds vorige week heeft 24 uur stand gehouden zonder te worden overruled door een strengere maatregel. We hebben inmiddels contact met thuisblijvers, achterblijvers, mensen ter plaatse en de consul van FP. We krijgen informatie van officiële instanties, geruchten, Facebook ‘nieuws’, van-horen-zeggen-nieuws, gevraagde en ongevraagde meningen van het-komt-allemaal-wel-goed optimisten tot armageddon aanhangers. Begrijp me goed, ik ben heel blij met alle hulp en medeleven. Zonder deze hulp waren wij nog in de verwachting dat M ons welkom zou heten in een rieten rokje met aloha shawl op Hiva Oa. Echter, de snelheid waarmee het nieuws zich opvolgt is niet bij te houden met een zeilbootje op zee. Officiële mededelingen worden ingehaald door geruchten uit tweede hand. Geruchten worden bevestigd en daardoor officiële mededelingen of worden ontkracht en daarmee de bron wellicht te kort gedaan. Ik verstuur emails waarbij ik drie updates na moet sturen omdat het nieuws al achterhaald is voordat de email door de 33k6 verbinding van de satelliet telefoon geperst is. En wij kunnen niets controleren. Hebben geen toegang tot Google, hebben nog nooit een journaal gezien waarin over Corona wordt gesproken, evenmin een krant met opinie stuk over COVID-19 gelezen. We weten niet eens wat Mathijs van Nieuwkerk ervan vindt en moeten het doen zonder de mening van Peter R.Ik maak wel een beetje zorgen. Ik ben bang dat FP de toestroom van boten niet aan kan. Het voordeel is dat alle boten die aankomen op de Marquesas vanuit Panama of Galapagos zijn vertrokken. Daar zij minimaal 3 weken op zee hebben gezeten, geeft dit de garantie dat alle bemanningsleden Corona vrij zijn. Maar de eilanden kunnen de vraag naar diesel en proviand niet aan. Zeilers zijn aan het hamsteren omdat ze ieder moment weggestuurd kunnen worden. De bevolking keert zich tegen de toeristen omdat zij hun boodschappen roven. En de overheid maakt zich zorgen over de medische faciliteiten die nooit en te nimmer toereikend zijn als COVID-19 hier massaal toeslaat. Allemaal begrijpelijke motieven, maar dat maakt het voor ons wel spannend.
We hebben contact met Robert Visser, de tot voor kort, Nederlandse consul in FP. Hij bracht ons in contact met Leo, een kapitein die momenteel in Nuku Hiva ligt. Leo geeft aan dat de baai daar vol raakt en binnenkomende schepen na hoognodige bevoorrading worden verzocht te vertrekken. Amerikanen zetten veelal koers naar Hawaii, zo’n vier weken zeilen naar het noorden. Maar voor niet-Amerikanen geen optie. Het is niet bekend waar deze wel heen gaan, maar Tahiti ligt voor de hand. De min of meer officiële regels zijn nu dat je 1x ‘landfall’ mag maken in FP. Daar mag je provianderen en tanken om daarna de territoriale wateren van FP te moeten verlaten. Als je wilt blijven moet je toestemming vragen via een 4 pagina dik document dat naar evenzoveel instanties en email adressen moet worden verstuurd. Er zijn voor ons twee mogelijkheden voor landfall: Nuku Hiva en Tahiti. Als je aanvraag bij één locatie wordt geweigerd, schijn je ook geen toestemming meer te krijgen voor de andere locatie. In overleg met de Consul hebben we besloten toestemming te vragen voor Tahiti met het extra verzoek een proviandstop in Nuku Hiva. Tahiti is een groter eiland met een grotere kans op proviand voor een langere periode en als er repatriëring op gang komt, zal het vanaf dit eiland zijn. De tussenstop is om in te slaan voor de naar verwachting minimaal 8 dagen die we extra op zee zitten. Onze huidig assortiment houdbaar bestaat nog uit een wortel, een paprika en een halve ui. Daarnaast wordt er een windstilte verwacht volgende week en zou extra diesel daarom welkom zijn. Naast de zonnepanelen die de accu’s van stroom voorzien, verbruiken we zo’n 3 liter diesel op bewolkte dagen om de ijskast, stuurautomaat en watermaker hun werk te laten doen. Ook moeten we naar alle waarschijnlijkheid alsnog 14 dagen in quarantaine in Tahiti.
In afwachting van het oordeel op de door ons aangevraagde toestemming blijven we koers zetten naar Nuku Hiva in de Marquesas. We verwachten daar zondag einde van de dag aan te komen.
Net toen gisteren ons de moed in de schoenen zakte, hoorden we gesnuif van ontsnappende lucht naast de boot. Verbaasd na ruim twee weken niets anders dan elkaars stemmen, steeds weer diezelfde playlist en het geruis van golven, keken D en ik over de rand. Een stuk over 30 dolfijnen buitelden over elkaar in de kleine boeggolf die de LEF produceerde in de lichte bries. Moeders met jonkies bleven op veilige afstand terwijl de oudere broertjes en zusjes salto’s maakten en vervaarlijk voor de boeg langs doken. Ik denk wel dik twee uur werden we als door een escorte voorzien richting ons eerste doel: de Marquesas.
In de middag lagen D en ik versuft door de hitte languit in de kuip te klagen over die Franse officials die dagelijks de regels aanscherpen of veranderen. Het voelt alsof we deelnemen aan een marathon waarbij tussentijds de finishlijn steeds voor ons uit wordt geschoven. De eerste 3 pagina’s van het aanvraagformulier voor tijdelijk domicilie in FP zijn zowel in het Frans als Engels, maar de 4e pagina waarin de slagen moeten worden gemaakt en wij onze motivatie duidelijk moeten maken is geen letter Engels meer te bekennen. Net op dat moment gilt de marifoon: ‘This is Blue Eyes, this is Bleu Eyes, anybody out there’. D en ik schieten overeind. Snel raadplegen we de AIS op de aanwezigheid van een schip. De kaartplotter ontkent de aanwezigheid van een schip in de buurt. D roept dat het een vliegtuig moet zijn. Samen turen we de compleet blauwe hemel af. Op een verdwaald wolkje na niets te vinden, laat staan een vliegtuig. Weer kraakt de marifoon: ‘This is Blue Eyes, this is Bleu Eyes, anybody out there’. Als uit een winterslaap ontwaakt, realiseren we ons dat we ook gewoon kunnen antwoorden. ‘Blue eyes, bleu eyes, this is sailing yacht LEF, over’, antwoord ik. Het blijkt een Fransman die samen met vrouw en kind een maand geleden uit Equador is vertrokken. Vooral Mickey is blij dat hij een andere stem hoort dan die van zijn vrouw en zit duidelijk om een praatje verlegen. D heeft een briljant idee en besluit Mickey in te zetten als tolk voor pagina 4 van ons aanvraagformulier. En zo zitten we, inmiddels in het donker, op 10 km afstand van elkaar Franse zinnen in het Engels te vertalen. Allemaal op noodkanaal 16, maar dat maakt niet uit want er is verder toch niemand in de buurt. Als we afscheid nemen vraag ik Bleu Eyes of zij geen grotere kans hebben om te mogen blijven in de Marquesas. Hij is tenslotte Frans en Polynesië ook. Er komt een vaag verhaal over dat zijn boot niet Frans is en blijkbaar zijn vrouw ook niet. Het gaat me nog te ver om in het eerste contact te vragen of zijn kind wel Frans is. Wellicht kunnen we dat bespreken onder het genot van een biertje ergens in Frans Polynesië.